Namiddag zonlicht tot ochtendnevel, Himalaya tot zomerstrand. Het penseel kan hem alles geven, waar zijn hart zo naar verlangt ~ Uit het lied: Zonder Titel
Ik was in de provincie Overijssel voor mijn project ‘Sfeerverlichting’, waarbij ik mensen tijdens de donkere dagen vanuit de tuin verblijd met live muziek. Zo kwam ik terecht bij het gezellige atelier van kunstenaar Rob Koenders in het centrum van Almelo.
Wanneer ik zijn werk bewonder wordt het mij duidelijk dat hij zich graag laat inspireren door de natuur. “Wat ik maak, moet meer zijn dan een simpele afbeelding van de werkelijkheid,” zegt Rob, die het leuk vindt om te creëren. Zonder verbeeldingskracht geen kunst. Niet alleen de heide en bossen in de directe omgeving zijn schilderachtig mooi, maar ook Rob’s favoriete waddeneiland is een plek waar zijn kunstenaarshart sneller van gaat kloppen.
Zonder schapen geen hei
Als ik buiten mijn gitaar uit de koffer pak, komt er een man naar het atelier om één van Rob’s kunstkalenders te kopen. Hij heeft twee zwart/wit gevlekte honden bij zich, van het ras om schapen mee te hoeden. Dat blijkt ook zo te zijn. Willem Dijkema is vrijwillig schaapherder op de Sallandse Heuvelrug; een natuurgebied met prachtige vergezichten van heidevelden en bossen. Samen met zijn twee honden hoedt Willem een kudde van 300 schapen. “Heidegebied ontstaat alleen als schapen de grassen en jonge boompjes weg grazen,” vertelt hij. “Want hei groeit op verarmde grond. Zonder de schapen zou de hei binnen tien jaar in bos zijn veranderd.”
Met de gitaar in mijn hand kijk ik om mij heen en zie een behoorlijk groot gazon om bij te houden. Ik richt mij tot kunstenaar Rob en grap met de vraag of de kudde van Willem daar niet bij zou kunnen helpen?
“Willem komt wel eens hier met de schapen.” Antwoordt Rob tot mijn verbazing. Levendig zie ik het voor me: 300 schapen bij het atelier, blatend midden in het centrum van Almelo en Rob er schilderend tussen.
Willem ziet mijn verraste gezicht. “Ik geef ook lezingen,” reageert hij. “Dan neem ik soms een klein groepje schapen mee. Niet de hele kudde hoor!”
